Niederländisch » Deutsch

wer·vel·storm <wervelstorm|en> [wɛrvəlstɔrm] SUBST m

erw·ten·soep [ɛrtə(n)sup] SUBST f geen Pl

kip·pen·soep [kɪpə(n)sup] SUBST f geen Pl

ker·vel [kɛrvəl] SUBST m geen Pl

ver·ve·len1 <verveelde, h. verveeld> [vərvelə(n)] VERB trans (verveling veroorzaken)

wer·ve·len <wervelde, h. gewerveld> [wɛrvələ(n)] VERB intr

ver·mi·cel·li·soep [vɛrmisɛlisup] SUBST f geen Pl

wer·vel·ko·lom <wervelkolom|men> [wɛrvəlkolɔm] SUBST f

ui·en·soep <uiensoep|en> [œyə(n)sup] SUBST f

ker·ven1 <kerfde/korf, h. gekerfd/gekorven> [kɛrvə(n)] VERB trans

1. kerven (inkepen):

2. kerven (uitsnijden):

ver·ve·lend <vervelende, vervelender, vervelendst> [vərvelənt] ADJ

1. vervelend (saai):

wer·vel·wind <wervelwind|en> [wɛrvəlwɪnt] SUBST m

vis·soep [vɪsup] SUBST f geen Pl


Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski