Übersetzungen für „vertonen“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

ver·to·nen¹ <vertoonde zich, h. zich vertoond> [vərtonə(n)] VERB wk ww

vertonen zich vertonen (zich laten zien):

vertonen

sich zeigen

vertonen

sich sehen lassen

ver·to·nen² <vertoonde, h. vertoond> [vərtonə(n)] VERB trans

1. vertonen (doen blijken, zien):

vertonen

zeigen

vertonen

aufweisen

2. vertonen (een voorstelling geven):

vertonen

zeigen

vertonen

aufführen

een film vertonen

einen Film vorführen

Beispielsätze für vertonen

mankementen vertonen

Mängel aufweisen

leemten vertonen

Lücken aufweisen

dia's vertonen

Dias vorführen

verschijnselen van verval vertonen

Verfallserscheinungen aufweisen

overeenkomst vertonen met …

Ähnlichkeit haben mit …

tekenen van slijtage vertonen

Verschleißerscheinungen aufweisen

een neerwaartse trend vertonen

nach unten tendieren

veel gebreken vertonen

viele Mängel aufweisen

lichamelijke gebreken vertonen

körperliche Fehler [o. Gebrechen] aufweisen

een film vertonen

einen Film vorführen

kunsten maken [o. vertonen ]

Tricks vorführen

gelijkenis vertonen met iem/iets

Ähnlichkeit mit jdm/etw haben

hij kon zich in welk gezelschap dan ook vertonen

er konnte sich in welcher Gesellschaft auch immer blicken lassen