Übersetzungen für „verzoek“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

ver·zoek <verzoek|en> [vərzuk] SUBST nt

1. verzoek (vraag om iets te doen):

verzoek

Bitte f

ik heb een verzoek aan u

ich habe eine Bitte an Sie

een verzoek afslaan/inwilligen [o. toestaan ]

eine Bitte ablehnen/eine Bitte gewähren

een verzoek doen om …

bitten um …

het verzoek om gratie

das Gnadengesuch

op verzoek te tonen

auf Verlangen vorzuzeigen

op verzoek van mijn broer

auf Verlangen meines Bruders

de catalogus wordt op verzoek toegezonden

der Katalog wird auf Wunsch zugesandt

2. verzoek (verzoekschrift):

verzoek

Antrag m

verzoek

Gesuch nt

een verzoek indienen

einen Antrag einreichen

aan een verzoek voldoen

einem Antrag stattgeben

3. verzoek (dat wat verzocht wordt):

verzoek

Wunsch m

deze plaat is een verzoek van mevrouw S.

diese Platte ist ein Wunsch von Frau S.

Beispielsätze für verzoek

een verzoek doen om …

bitten um …

toestemmen in een verzoek

einen Antrag bewilligen

het verzoek om gratie

das Gnadengesuch

op verzoek te tonen

auf Verlangen vorzuzeigen

aan een verzoek voldoen

einem Antrag stattgeben

iem een verzoek toestaan

jds Bitte nachkommen

het verzoek om vervolging jur.

der Strafantrag

een verzoek vormelijk opstellen

einen Antrag formgerecht abfassen

een verzoek indienen

einen Antrag einreichen

op hoog verzoek

auf höhere Anweisung

een onredelijk verzoek

eine unzumutbare Bitte

op veelvuldig verzoek

auf vielseitigen Wunsch (hin)

een verzoek weigeren

eine Bitte ausschlagen

ingevolge uw verzoek

Ihrer Bitte gemäß

een eis/verzoek afwijzen

eine Klage/Bitte zurückweisen

een aanbod/verzoek afslaan

ein Angebot ausschlagen/eine Bitte abschlagen

op verzoek van mijn broer

auf Verlangen meines Bruders

niet ingaan op een verzoek

sich nicht auf eine Bitte einlassen

een verzoek tot echtscheiding indienen

die Scheidungsklage einreichen