Deutsch » Niederländisch

Übersetzungen für „roerder“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

Ergebnis-Übersicht

Meintest du vielleicht: nieder , Mieder , bieder , Verderb , weder , Feder , Zeder , Leder , Mörder , Marder und Order

ˈOr·der <Order, Ordern> [ˈɔrdɐ] SUBST f

1. Order:

order f of nt

bevel nt

2. Order WIRTSCH:

order f of nt

jdm eine Order über 100 Stück erteilen

100 stuks bij iem bestellen

ˈMar·der <Marders, Marder> [ˈmardɐ] SUBST m

ˈMör·der(in) <Mörders, Mörder> [ˈmœrdɐ] SUBST m(f)

Mörder(in)

moordenaar(moordenares) m (f)

ein gedungener Mörder

een huurmoordenaar

ˈLe·der <Leders, Leder> [ˈleːdɐ] SUBST nt

1. Leder (gegerbte Tierhaut):

leer nt

2. Leder (Fensterleder):

zeemleer nt

3. Leder SPORT (Fussball):

leer nt

das runde Leder

das runde Leder

de bal

jdm ans Leder gehen [o. wollen]

iem te lijf gaan

jdm das Leder gerben [o. versohlen ]

iem ervanlangs geven

jdm das Leder gerben [o. versohlen ]

vom Leder ziehen

van leer trekken

ˈZe·der <Zeder, Zedern> [ˈ͜tseːdɐ] SUBST f BOT

Zeder (Zedernholz)

ceder

ˈFe·der <Feder, Federn> [ˈfeːdɐ] SUBST f

1. Feder (Teil des Gefieders):

veer

pen

pluim

sich mit fremden Federn schmücken übtr

met andermans veren pronken

Federn lassen (müssen) ugs

veren (moeten) laten belg.

Federn lassen (müssen) ugs

van zijn pluimen (moeten) laten

2. Feder (Schreibfeder):

pen

viele Romane sind aus seiner Feder geflossen

vele romans zijn uit zijn pen gevloeid

viele Romane stammen aus [o. von ] seiner Feder

vele romans zijn uit zijn pen gevloeid

eine gewandte [o. scharfe] [o. spitze] Feder führen [o. schreiben ]

een welversneden [o. scherpe] pen hebben

zur Feder greifen ugs

naar de pen grijpen

3. Feder ugs (Bett) Pl:

veren

bed nt

aus den Federn müssen

uit de veren moeten

4. Feder TECH (elastisches Metallteil):

veer

5. Feder (Handwerk):

veer

ˈwe·der [ˈveːdɐ] KONJ

noch

weder … noch

noch … noch

weder aus noch ein wissen

geen raad meer weten

Ver·ˈderb <Verderbs> [fɛɐ̯ˈdɛrp] SUBST m kein Pl

1. Verderb (Verderben, Ungenießbarkeit):

bederf nt

2. Verderb übtr (Verderben, Verhängnis):

verderf nt

auf Gedeih und Verderb

in voor- en tegenspoed

auf Gedeih und Verderb

onvoorwaardelijk

auf Gedeih und Verderb

door dik en dun

ˈbie·der [ˈbiːdɐ] ADJ

1. bieder abw (spießig):

kleinburgerlijk

2. bieder abw (naiv):

3. bieder veraltet (brav):

braaf

ˈMie·der <Mieders, Mieder> [ˈmiːdɐ] SUBST nt

1. Mieder (eines Trachtenkleides):

korset nt

2. Mieder (Korsage):

ˈnie·der¹ [ˈniːdɐ] ADJ

1. nieder (in Bezug auf Rang, Stand, Herkunft, Entwicklung):

laag

lager

2. nieder (in Bezug auf Denken und Handeln):

laag

3. nieder fachspr:

lager

minder ontwikkeld

die niederen Tiere

de lagere dieren

Linguatec

Wörterbuch durchsuchen

Deutsch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski