Übersetzungen für „halszaak“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

hals·kraag <hals|kragen> [hɑlskrax] SUBST m

halskraag

Halskragen m

halskraag (geplooid)

Halskrause f

hals·band <halsband|en> [hɑlzbɑnt] SUBST m

halsband

Halsband nt

hals·stuk <halsstuk|ken> [hɑlstʏk] SUBST nt

1. halsstuk (deel van een kledingstuk):

halsstuk

Passe f

2. halsstuk (stuk vlees):

halsstuk

Halsstück nt

geld·zaak <geld|zaken> [ɣɛltsak] SUBST f

geldzaak

Geldsache f

geldzaak

Geldfrage f

geldzaak

Geldangelegenheit f

hoofd·zaak <hoofd|zaken> [hoftsak] SUBST f

hoofdzaak

Hauptsache f

hoofdzaak

Wesentliche(s) nt

in hoofdzaak

in der Hauptsache

in hoofdzaak

im Wesentlichen

hoofdzaak is, dat we slagen

die Hauptsache ist, dass wir Erfolg haben

de hoofdzaken van de bijzaken onderscheiden

das Wesentliche vom Unwesentlichen unterscheiden

een·mans·zaak <eenmans|zaken> [emɑnsak] SUBST f

eenmanszaak

Einmannbetrieb m

hals·mis·daad <halsmis|daden> [hɑlsmɪzdat] SUBST f

halsmisdaad

Kapitalverbrechen nt

hals·sie·raad <hals|sieraden> [hɑlsirat] SUBST nt

halssieraad

Halsschmuck m

rechts·zaak <rechts|zaken> [rɛxtsak] SUBST f

1. rechtszaak (geding):

rechtszaak

Rechtssache f

rechtszaak

Streitsache f

rechtszaak

Rechtsfall m

ergens een rechtszaak van maken

es wegen einer Sache zum Prozess kommen lassen

2. rechtszaak (zaken) Pl:

rechtszaak

Rechtsangelegenheiten Pl

mo·de·zaak <mode|zaken> [modəzak] SUBST f (winkel)

modezaak

Modegeschäft nt

nood·zaak [notsak] SUBST f geen Pl

noodzaak

Notwendigkeit f

(een) pure noodzaak

(eine) zwingende Notwendigkeit

uit pure noodzaak

notgedrungen

iets uit noodzaak doen

etw notgedrungen tun

zonder noodzaak

ohne Not