Übersetzungen für „lup“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

lud [luːt] VERB

lud 3. pers Sg Imperf von laden¹, laden²

Siehe auch: laden , laden

ˈla·den² <lädt, lud, geladen> [ˈlaːdn̩] VERB trans

1. laden (einladen):

laden

uitnodigen

laden

vragen

nur für geladene Gäste

alleen voor genodigden

jdn zum Essen laden geh

iem te eten vragen

jdn zum Essen laden geh

iem een maaltijd aanbieden

2. laden JUR:

laden

dagvaarden

laden

oproepen

jdn vor Gericht laden

iem dagvaarden

ˈla·den¹ <lädt, lud, geladen> [ˈlaːdn̩] VERB trans

1. laden a. ELEK (beladen):

laden

laden

2. laden übtr (sich aufbürden):

laden

laden

ich habe es auf mich geladen

ik heb het op me geladen [o. genomen]

3. laden (mit Munition):

laden

laden

jdn auf den Besen laden ugs (zum Narren halten)

iem voor de gek houden

er hat schief geladen übtr (betrunken)

hij heeft 'm om

Lump <Lumpen, Lumpen> [lʊmp] SUBST m ugs

Lump

ploert

Lump

ellendeling

Lump

schoft

Lump

schooier

ˈLu·pe <Lupe, Lupen> [ˈluːpə] SUBST f

Lupe

loep

Lupe

vergrootglas nt

jdn/etw mit der Lupe suchen können übtr

iem/iets met een lantaarntje moeten zoeken

Coup <Coups, Coups> [kuː] SUBST m

Coup

coup

Coup POL

staatsgreep

einen Coup landen

een [o. zijn] slag slaan

laut² [l͜aut] PRÄP +Gen o Dat

laut

volgens

laut

luidens

laut Grundgesetz/Vertrag

volgens de grondwet/het contract

Wissensecke: Präpositionen mit Genitiv

Wissensecke: Präpositionen mit Dativ

plus¹ [plʊs] ADV

1. plus (über 0°):

plus

plus

plus

boven nul

2. plus:

plus PHYS, MATH, ELEK

plus

Plus <Plus> [plʊs] SUBST nt kein Pl

1. Plus WIRTSCH:

Plus

plus nt of m

Plus

overschot nt

Plus

batig saldo nt

im Plus sein

een batig saldo hebben

bei einem Geschäft ein Plus machen

bij een transactie winst maken

2. Plus (Pluszeichen, -punkt):

Plus

plus(punt)

Plus

voordeel nt

Plus

positief punt nt

Pump <Pumps> [pʊmp] SUBST m kein Pl ugs

Pump

lening

Pump

het lenen

auf Pump ugs

op de pof