Übersetzungen für „luidde“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

li·ˈquid, li·ˈqui·de [liˈkviːt, liˈkviːdə] ADJ geh

liquid

liquide

ˈKlad·de <Kladde, Kladden> [ˈkladə] SUBST f

1. Kladde (Notizbuch):

Kladde

kladboek

Kladde

kladschrift

2. Kladde (Entwurf):

Kladde

klad nt

Kladde

ontwerp nt

3. Kladde WIRTSCH (Rechnungsbuch):

Kladde

klad(kas)boek

Dru·ˈi·de <Druiden, Druiden> [druˈiːdə] SUBST m

Druide REL, HIST

druïde

ˈWid·der <Widders, Widder> [ˈvɪdɐ] SUBST m

1. Widder:

Widder BIO, ZOOL

ram

2. Widder ASTROL:

Widder

Ram

lu·ˈzid [luˈ͜tsiːt] ADJ geh

luzid

lucide

luzid

helder

luzid

klaar

lud [luːt] VERB

lud 3. pers Sg Imperf von laden¹, laden²

Siehe auch: laden , laden

ˈla·den² <lädt, lud, geladen> [ˈlaːdn̩] VERB trans

1. laden (einladen):

laden

uitnodigen

laden

vragen

nur für geladene Gäste

alleen voor genodigden

jdn zum Essen laden geh

iem te eten vragen

jdn zum Essen laden geh

iem een maaltijd aanbieden

2. laden JUR:

laden

dagvaarden

laden

oproepen

jdn vor Gericht laden

iem dagvaarden

ˈla·den¹ <lädt, lud, geladen> [ˈlaːdn̩] VERB trans

1. laden a. ELEK (beladen):

laden

laden

2. laden übtr (sich aufbürden):

laden

laden

ich habe es auf mich geladen

ik heb het op me geladen [o. genomen]

3. laden (mit Munition):

laden

laden

jdn auf den Besen laden ugs (zum Narren halten)

iem voor de gek houden

er hat schief geladen übtr (betrunken)

hij heeft 'm om