Übersetzungen für „ondereind“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

on·der·ein·de <ondereinde|n> [ɔndərɛində] SUBST nt

ondereinde

untere(s) Ende nt

over·eind [ovərɛint] ADV

1. overeind (rechtop):

overeind

gerade

overeind

aufrecht

overeind komen

sich erheben

overeind staan

aufrecht stehen

zijn haren gingen overeind staan übtr

ihm sträubten sich die Haare

iets overeind zetten

etw aufrichten

overeind zitten

gerade sitzen

overeind zitten

aufrecht sitzen

overeind gaan zitten

sich aufrichten [o. aufsetzen]

2. overeind (niet omver):

overeind

aufrecht

iem overeind helpen ook übtr

jdm aufhelfen

een stelling overeind houden übtr

eine These aufrechterhalten

ik kan me nauwelijks overeind houden

ich kann mich kaum aufrecht halten

zijn haren stonden recht overeind

seine Haare standen ihm zu Berge

dat probleem blijft recht overeind staan übtr

das Problem bleibt im Raum stehen

er was nauwelijks één muur overeind gebleven

es war kaum eine Mauer stehen geblieben

on·der·kin <onderkin|nen> [ɔndərkɪn] SUBST f

onderkin

Unterkinn nt

een dubbele onderkin

ein Doppelkinn

on·der·hand [ɔndərhɑnt] ADV (intussen)

onderhand

inzwischen

on·der·bin·den <bond onder, h. ondergebonden> [ɔndərbɪndə(n)] VERB trans

onderbinden

unterbinden

onderbinden (d.m.v. gesp)

anschnallen

on·der·vin·den <ondervond, h. ondervonden> [ɔndərvɪndə(n)] VERB trans

1. ondervinden:

ondervinden (een gevoel)

erfahren

ondervinden (negatief)

erleiden

ondervinden (merken)

spüren

iets aan den lijve ondervinden

etw am eigenen Leib erfahren [o. erleben] [o. spüren]

nog steeds de gevolgen van iets ondervinden

noch immer die Folgen von etw spüren

hij ondervindt veel hinder van zijn spraakgebrek

sein Sprachfehler ist ein großes Handicap für ihn

nadeel ondervinden

Nachteil erleiden

2. ondervinden:

ondervinden (ervaren)

erleben

ondervinden (merken)

spüren

3. ondervinden:

ondervinden (ontvangen)

erfahren

ondervinden (ontmoeten)

begegnen +Dat

moeilijkheden ondervinden

sich +Dat vor Schwierigkeiten gestellt sehen

(veel) tegenstand ondervinden

auf (großen) Widerstand stoßen