Niederländisch » Deutsch
Meintest du vielleicht: vergallen , vervallen , vertellen , verhullen , versmallen , verknallen , verfilmen , verworpene , verstotene , verlenen , verfraaien , verflauwen , verfoeien , verfijnen , verfroller , verfraaiing , verfomfaaien , verfrissen , verfijning , verflucht , verflaag und verfrommelen

ver·val·len1 [vərvɑlə(n)] ADJ

1. vervallen (niet onderhouden):

vervallen
verfallen
een vervallen huis
ein verfallenes Haus

ver·gal·len <vergalde, h. vergald> [vərɣɑlə(n)] VERB trans

ver·fil·men <verfilmde, h. verfilmd> [vərfɪlmə(n)] VERB trans

ver·knal·len <verknalde, h. verknald> [vərknɑlə(n)] VERB trans

2. verknallen (aan vuurwerk verschieten):

verknallen
verballern

ver·smal·len1 <versmalde, h. versmald> [vərsmɑlə(n)] VERB trans (smaller maken)

ver·hul·len <verhulde, h. verhuld> [vərhʏlə(n)] VERB trans

ver·tel·len1 <vertelde, h. verteld> [vərtɛlə(n)] VERB trans

verf·rol·ler <verfroller|s> [vɛrfrɔlər] SUBST m

ver·fij·nen <verfijnde, h. verfijnd> [vərfɛinə(n)] VERB trans

ver·foei·en <verfoeide, h. verfoeid> [vərfujə(n)] VERB trans

ver·flau·wen <verflauwde, i. verflauwd> [vərflɑuwə(n)] VERB intr

ver·fraai·en <verfraaide, h. verfraaid> [vərfrajə(n)] VERB trans

ver·le·nen <verleende, h. verleend> [vərlenə(n)] VERB trans

ver·sto·te·ne SUBST f

verstotene → verstoteling

Siehe auch: verstoteling

ver·sto·te·ling <verstoteling|en> [vərstotəlɪŋ] SUBST m

ver·wor·pe·ne SUBST f

verworpene → verschoppeling

Siehe auch: verschoppeling

ver·schop·pe·ling <verschoppeling|en> [vərsxɔpəlɪŋ] SUBST m

ver·fraai·ing <verfraaiing|en> [vərfrajɪŋ] SUBST f

ver·from·me·len <verfrommelde, h. verfrommeld> [vərfrɔmələ(n)] VERB trans

verf·laag <verf|lagen> [vɛrflax] SUBST f

verf·lucht [vɛrəflʏxt] SUBST f geen Pl

ver·fij·ning <verfijning|en> [vərfɛinɪŋ] SUBST f

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Wörterbücher durchsuchen
Beliebteste