Niederländisch » Deutsch

ge·daan·te <gedaante|n, gedaante|s> [ɣədantə] SUBST f

2. gedaante (verschijning, beeld):

ge·dach·te <gedachte|n, gedachte|s> [ɣədɑxtə] SUBST f

ge·dempt [ɣədɛmpt] ADJ

2. gedempt (dichtgegooid):

ge·daag·de <gedaagde|n> [ɣədaɣdə] SUBST m en f

Beklagte(r) f(m)

ge·dacht VERB

gedacht volt. deelw. van denken², denken³, denken⁴

Siehe auch: denken , denken , denken , denken

den·ken2 <dacht zich, h. zich gedacht> [dɛŋkə(n)] VERB wk ww


Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski